Baronie 3 – RSG

Vol zelfvertrouwen vertrokken wij naar Breda om even de puntjes op te halen. Het ratingoverwicht op de meeste borden moest toch voldoende zijn. Speellocatie was huize Vredenbergh, Woonvoorziening voor ouderen. De meeste aanwezige schakers passen goed in het beeld dat we van de doelgroep hebben. Prettige bijkomstigheid was de aanwezigheid van de nodige medische voorzieningen.

Ik heb niet veel van de overige partijen mee gekregen, bovendien heb ik geen zin en kennis genoeg, behalve die van Fritz, om diepzinnige varianten te presenteren, waar toch niemand in geïnteresseerd is.

Het begon veelbelovend, Ted, die goed in vorm is, hakte zijn tegenstander er binnen 19 zetjes vanaf. Frans was degelijk begonnen, maar op zeker moment maakte hij toch zijn traditionele foutje, verloor een stuk en de partij. De rest van de partijen verliep vooralsnog gunstig. We stonden nergens verloren en op sommige borden hadden we winstkansen. Vervolgens maakten Dree en Marc remise na geen winstkansen gehad te hebben. Suus miste, naar eigen zeggen, een stukwinst en moest vervolgens berusten in remise. Stand 2 ½ – 2 ½ met grote winstkansen. Dit was ook het oordeel van Ben, die voor een bliksembezoek langs kwam, zag dat het goed was en met een gelukkig gevoel weer wegging.

Echter, het ging ineens bergafwaarts. Nico was terecht gekomen in een potremise stelling en zocht tevergeefs de aandacht van teamleider Arco, die het echter te druk had met z’n eigen stelling en het niet opmerkte. Nico speelde door. Arco zelf speelde tot nu toe een vlekkeloze partij en stond op het punt om zijn tegenstander mat te zetten. Echter, hij verzuimde een laatste stuiptrekking van zijn tegenstander te pareren en ging plots zelf mat. Zo, dat is lekker, we staan een punt achter en Arco gaf Nico en mij de opdracht om tot het gaatje te gaan. Bij Nico zat er geen muziek meer in de stelling, dus werd het uiteindelijk remise. Aan deze schlemiel de taak zijn partij te winnen. Op zeker moment moet ik winstkansen hebben gehad, maar zag de weg er naar toe niet. Het zakte terug naar ongeveer gelijke stelling. Ondertussen bleef mijn tegenstander me op iedere zet remise aanbieden, waarop ik hem mededeelde dat dit valt onder hinderen van de tegenstander (alles in een vriendschappelijke sfeer hoor). Maar wij hadden natuurlijk niets aan een remise. Door mijn pogingen om ijzer met handen te breken was ik in een pionneneindspel terecht gekomen met een pion minder en dat was nog wel een vrijpion. Het werd tijd om de noodvlag te hijsen. Mijn eerste remisevoorstel werd schoorvoetend geaccepteerd met een 4 ½ – 3 ½ eindstand als gevolg.

Hans