Hoofdmacht van RSG superieur!

In de hoofddivisie van de avondcompetitie van de NBSB is gisterenavond (30 november 2015) de kraker tussen de hoofdmacht van RSG en het vlaggenschip van De Stukkenjagers gespeeld. Het was allemaal te doen in Café De Veestallen. Vooraf was duidelijk dat RSG (de regerend kampioen) moest winnen van De Stukkenjagers (de kampioen in de jaren daarvoor) om in de race voor de titel te kunnen blijven. RSG A had immers tegen HSC (Helmond), tegen alle verwachtingen, in een matchpunt laten liggen.

Cees IJzermans speelde met wit op bord 2 tegen Thomas Mollema. Cees had voor zichzelf besloten een einde te maken aan zijn  vormcrisis van de afgelopen weken. Hij offerde tot twee keer toe een pion. Dat leverde flink wat tempovoordeel op met een uiterst prettige stelling als gevolg. Cees nam het initiatief en Thomas was verder kansloos: 1-0. Stefan Colijn (zwart) nam het op bord 1 op tegen Mart Nabuurs. Er moest over en weer flink gepuzzeld worden. Terwijl beide spelers in tijdnood zaten sloeg Stefan onverbiddelijk toe: 2-0.

In de partij tussen Mark Smits (zwart) tegen Mark Haast op bord 3 was lang sprake van een evenwicht met zelfs lichte winstkansen voor onze Mark. Remises daar doet RSG A echter niet meer aan! Alles wordt voortaan tot het gaatje uitgespeeld. In het eindspel werd hij helaas vakkundig overmeesterd: 2-1. Tot slot Alik Tikranian met wit op bord 4 tegen Erik-Jan Colijn. Ook deze partij bleef erg lang in evenwicht. In het eindspel trok Alik aan het langste eind. Tijdens de “afterpartij” werd Cees terecht uitgeroepen tot man van de match. Het bleef nog lang onrustig op de Kade!

Individuele uitslagen RSG A (2173) – De Stukkenjagers A (2203): 3 – 1
1. Stefan Colijn (2277) – Mart Nabuurs (2294): 1 – 0
2. Cees IJzermans (2077) – Thomas Mollema (2161): 1 – 0
3. Mark Smits (2203) – Mark Haast (2345): 0 – 1
4. Alik Tikranian (2134) – Erik-Jan Colijn (2010): 1 – 0

One thought on “Hoofdmacht van RSG superieur!

  1. Ger IJzermans

    Het verslag op de website van De Stukkenjagers:

    “Maar liefst drie avondteams reisden maandag 30 november naar Roosendaal om daar viertallen van het R.S.G. te bestrijden. Al in de voorfase diende zich de eerste tegenslag aan. Beoogd Invaller 2 van De Stukkenjagers D belde in paniek de extern wedstrijdleider. Hij stond al wel tien minuten vergeefs bij Het Dorstig Hert in de regen te wachten op de beloofde SJ G-bolide en dreigde nu… verkouden te worden. Dit risico wilde hij liever niet lopen, dus was het niet veel verstandiger onmiddellijk naar huis te gaan? De WL wist hem daarvan met de nodige moeite te weerhouden en kreeg zowaar contact met voornoemd transportmiddel. Men was daar druk doende geweest Beoogd Invaller 1 ergens bij de ABN-AMRO op te pikken, maar dit was niet gelukt. (Aanstaande maandag in Bureau Brabant de reconstructie, met die welbekende voice-over: ‘Wat de mannen in de auto niet beseffen, is dat degene die zij zoeken is gaan schuilen onder de luifel van de ABN-AMRO, zoals op deze ietwat vage camerabeelden te zien is.’) Snel B.I. 2 gebeld: ’Nog even volhouden, ze komen eraan!’

    Daarna was goede raad duur. Waar halen we om 19.35 uur zo gauw een speelgerechtigde invaller vandaan die – helemaal in Roosendaal – SJ D volledig zou kunnen maken? Tot overmaat van ramp bleken de andere twee teams nu eens geen groupie te hebben meegenomen. Er restte niets anders dan de verhinderde teamleider Reinier Jaquet te bellen dat zijn team een gapend gat zou vertonen. Dit telefoontje leverde een verrassende uitkomst op: Reinier nam de telefoon én de handschoen op. Kennelijk had hij zijn verplichtingen eerder kunnen afsluiten dan verwacht en was hij alsnog beschikbaar om van Oosterhout naar Roosendaal te scheuren. Invallen in je eigen team, je begrijpt het pas als je het ziet.

    Wie had gedacht dat een happy ending hierdoor wel erg waarschijnlijk was, kwam bedrogen uit. De Stukkenjagers A zal na de geruisloze 3-1 nederlaag waarschijnlijk wederom de titel aan R.S.G. A moeten laten. Mart Nabuurs (1), Thomas Mollema (2) en Erik-Jan Colijn (4) dolven het onderspit. Lichtpunt was dat Mark Haast (3) heel knap een op het oog niks-aan-de-hand-eindspel met ongelijke lopers wist te winnen.

    De Stukkenjagers G was een maatje te klein voor R.S.G. D. Na de nederlagen van Guus van Heck (1), Osman Hamraz (3) en Paul Castermans (4) ontstond er commotie bij het bord van Theo Mulder (2). Die bood na zijn veertigste zet remise aan, daar waar zijn tegenstander meende dat er pas negenendertig waren gespeeld. Theo’s vlag was inmiddels gevallen en voor het benodigde kwartier extra zou hij volgens de witspeler dus een zet te weinig gedaan hebben; deze gaf bovendien te kennen dat het niet sportief was remise aan te bieden na het vallen van je vlag. Theo gaf daarom maar op. De door Guus van Heck uitgevoerde reconstructie echter gaf Theo gelijk: er waren wel degelijk 40 zetten gedaan. Gezien de vrij hopeloze teamstand heeft Theo het er echter allemaal maar bij gelaten.

    En hoe verging het dan de invallers in het D-team, tegen R.S.G. B? Uitstekend. Reinier (1) won in de opening een stuk. De prijs daarvoor was evenwel dat zijn koning in het midden niet al te veilig stond. Zwart kon wel wat dreiging creëren, maar meer dan dat ook niet. Uiteindelijk hield Reinier een volle toren extra over. Bob Bishoen won op bord 2 eerst een pion, daarna nog een en toen er nog twee pionnen bij kwamen was het feit dat er ongelijke lopers op het bord stonden niet relevant meer. Maar ja, dan de vaste krachten nog. Lex Karstens (3) verloor een pion, daarna nog een en het was niet meer te redden. Jan Otten kon het op 4 helaas evenmin bolwerken: wit belegerde zijn koning en Jan moest er voor de veiligheid een kwal tegenaan gooien; die heeft hij niet meer teruggezien. Misschien is het een idee om hen een volgende keer gewoon te laten invallen in dit team.”