Het had heel anders kunnen lopen (maar dat deed het niet…)

En nogmaals verwees het noodlot ons naar Rotterdam, waar we opgewacht werden door Erasmus 2.
We moesten tijdig vertrekken in verband met een vroege aanvangstijd en mogelijk boerenmisbaar, maar bij de nadering van ons dreamteam werden de hooivorken opgeborgen en de trekkers naar de stal gereden, zodat wij ongestoord aan de slag konden. Fijn dat het belang van de schaakcompetitie ook in deze kringen duidelijk is!
Onderweg filosofeerden we wat over de aanpassingen die we nodig hebben als we over een paar jaar internationaal gaan spelen, een passen uittenue, bijvoorbeeld. We werden ontvangen in een prima speellocatie in de wijk Honderd en Tien Morgen (“maar wij zijn ook niet van gisteren”).
De eerste uren tikten voorbij. Wat viel er te zeggen? Tja, moeilijk, moeilijk.

Na ruim twee uur spelen liet Marc in een partij uit één stuk het niet aankomen op een paardeneindspel en scoorde het eerste punt. Mijn tegenstander bood me in een aardige en ingewikkelde partij een sultana en remise aan. Beide kon ik niet weigeren. Gesterkt door ingrepen van diverse paramedici en pijnstillers van de dopinglijst strooide Jan met dreigingen die zijn tegenstander niet binnen de reguliere speeltijd wist te pareren. Wederom kwamen wij in Rotterdam glorieus uit de startblokken: 2 ½  – ½  en wederom trad daarna het verval in.
 
Ted was door zijn tegenstander aan de achterste rij vastgespijkerd en kwam daar niet meer vandaan, maar aan de andere borden leek nog veel mogelijk. Suus was in de opening een pion kwijtgesukkeld, maar verdedigde zich met heldenmoed. Dré won een kwaliteit en pion, Arco en Jacques stonden stond minstens op plusremise.
Is het onze voortschrijdende leeftijd? Of toch een laatste opflakkering van jeugdige onbezonnenheid waarmee het gevaar genegeerd of ontkend wordt? Suus moest uiteindelijk de vlag strijken, André leverde al zijn voordeel in en kon opgeven, Jacques zag zijn stelling langzaam maar zeker verzanden in een verloren eindspel en Arco hield wel remise, maar geen plus.

Conclusie: het had heel anders kunnen lopen, maar dat deed het niet. Nog geen reden om niet voortreffelijk te eten bij Ampie. Wij handhaven ons in de 5e klasse, waar we vermoedelijk ook thuishoren.

Erasmus 2 – RSG 1         5-3